Terwijl de Azerbeidzjaanse president Ilham Aliyev zijn claim op het buurland weer opdrijft, blijft het conflict tussen de regering van Nikol Pasinjan en de Armeens-apostolische Kerk in Armenië voort etteren.
Patriarch Karekin II vierde de voorbije weken de 26ste verjaardag van zijn uitverkiezing als katholikos van alle Armeniërs door de synode van de Armeens-apostolische Kerk (op 27 oktober 1999) en zijn intronisatie of plechtige inhuldiging in Etsjmiadzin, het ‘Vaticaan’ van de Armeens-apostolische Kerk (op 4 november 1999). Maar het was een viering in mineur, want de Armeense eerste minister Nikol Pasinjan blijft openlijk pleiten voor zijn afzetting. Bovendien zitten Karekins broer en twee van zijn neven inmiddels achter de tralies, net als verschillende andere Armeens-apostolische prelaten en priesters en allerlei politieke opposanten van Pasinjan.
Voor elke arrestatie vindt de openbare aanklager wel een andere aanklacht. Zakenman Samvel Karapetyan werd medio juni aangehouden omdat zijn woorden ‘op onze manier interveniëren’ zouden wijzen op een ‘hybride operatie (met steun van Rusland)’ tegen Armenië. De familie-Karapetyan heeft intussen een politieke beweging onder de naam ‘Op onze manier’ opgestart en zet daarmee in op de parlementsverkiezingen van juni volgend jaar. Narek Karapetyan, vicevoorzitter van de Tashir Group, het zakenimperium van de familie, werd daarover onlangs bevraagd door de Amerikaanse televisiemaker Tucker Carslon in een interview dat sinds begin november op Facebook rondgaat.

Aartsbisschoppen
Aartsbisschop Bagrat Galstanyan van Tavoesj heeft zich vaker uitgesproken tegen de regeringspolitiek om de Armeense enclave Artsach op te geven. Die enclave in Azerbeidzjan werd twee jaar geleden door de Azeri’s etnisch gezuiverd; er zijn daar geen Armeniërs meer. De beweging ‘Tavoesj voor het vaderland’ van Galstanyan weigert zich daarbij neer te leggen: ‘In Artsach staat onder meer het Amaras-klooster, dat door Gregorius de Verlichter werd gesticht en waar de heilige monnik Mesrop Mashtots in de vroege vijfde eeuw het Armeense alfabet uitvond,’ zei de aartsbisschop ons in november 2023 nog met klem. ‘Artsach is van ons!’ Gevolg: Galstanyan zit ook achter de tralies.
Evenzo de primaat van Sjirak, aartsbisschop Mikael Ażapahjan: de prelaat liet zich filmen in de rechtszaal terwijl hij schuldig bevonden werd aan een poging tot staatsgreep en tot twee jaar cel werd veroordeeld. Ażapahjan gaf niet toe aan de intimidaties door Pasinjan & Co. ‘Ik begrijp niet wat jullie ertoe brengt aan zo’n schijnvertoning deel te nemen,’ beet hij zijn rechters toe. Intussen werd ook Mkrtich Prosjan, primaat van het bisdom Aragatsotn, opgepakt op beschuldiging van het ‘belemmeren van de uitoefening van het kiesrecht door misbruik te maken van een officiële positie.’ Prosjan is een volle neef van de katholikos.
Oppositie
Ook een broer en een tweede neef van de katholikos werden opgepakt op soortgelijke beschuldigingen. Zij zijn geen clerici, maar politici in Vagharshapat, waar lokale verkiezingen gehouden werden. Het aantal politici dat op basis van gefantaseerde beschuldigingen in de cel belandde, is niet meer op één hand te tellen. Onder hen de burgemeester van ’s lands tweede stad, Gjoemri, Vartan Ghukasjan, gearresteerd op beschuldiging van corruptie. Ook zijn collega-burgemeester van het kleinere Masis ten zuiden van Jerevan, Davit Hambardzumjan, werd in oktober jl. veroordeeld omdat hij in 2018 demonstranten tegen de toenmalige regering zou hebben aangevallen.
Al deze arrestaties hangen met elkaar samen. Want hoe zit het met het verlies van Artsach? Met het zogenaamde vredesakkoord met Azerbeidzjan en de zogezegde dooi in de relaties met Turkije en met de zogenaamde Washington-deal die de Amerikaanse president Donald Trump in augustus jongstleden forceerde? En dezelfde vraag gaat op voor de relaties met de traditionele bondgenoot van Armenië, Rusland? De vroegere journalist Nikol Pasinjan, die in voorjaar van 2018 met de zogenaamde Fluwelen Revolutie aan de macht kwam, was toen bijzonder geliefd bij allerlei Europese liberale politici, genre Emmanuel Macron, Charles Michel of Mark Rutte, maar wat heeft die bocht naar het Westen Armenië intussen opgeleverd?
Kwestie Artsach
Toen Pasinjan in 2018 de macht overnam en ook bij zijn herverkiezing in 2021, beloofde hij uitdrukkelijk te waken over de Armeense territoriale soevereiniteit, de enclave Artsach incluis. Wat dat laatste betreft is hij alvast niet geslaagd. De Azeri’s hielden zich niet aan het staakt-het-vuren dat de Russische president Vladimir Poetin hen na de 44-daagse oorlog, op 10 november 2020, oplegde. Ze lieten de Laçin-corridor, de enige toegang tot de enclave, in december 2022 door zogenaamde milieuactivisten blokkeren en bestookten na een blokkade van negen maanden plots weer de Artsachi’s. De Russische vredestroepen lieten ze begaan; Poetin was intussen immers Oekraïne binnengevallen.
De laatste honderdduizend Artsachi’s ontvluchtten eind september 2023 massaal de enclave; Azerbeidzjan had hen voldoende duidelijk gemaakt dat ze daar niet veilig meer waren. Intussen hebben internationale instanties, waaronder het Europees parlement, uitdrukkelijk gepleit voor hun terugkeer, maar het blijft bij woorden. Toch zitten ook die woorden Pasinjan in de weg, want ze dreigen zijn herverkiezing in juni 2026 te bemoeilijken. Daarom probeert Pasinjan al wie de kwestie-Artsach oprakelt het zwijgen op te leggen. En hij probeert de aandacht te verleggen door deals met zijn nieuwe bondgenoten, al betekenen die deals de facto een volledige overgave.
Businessdeal
Overgave aan de Amerikaanse president Donald Trump, die erop gebrand is in de regio zaken te doen zonder gestoord te worden door Rusland in het noorden of Iran in het zuiden. Dat is de opzet van de zogenaamde Zangezoer-corridor waar de Washington-deal over gaat; let erop dat de dealmakers niet eens kies genoeg zijn om die te benoemen in het Armeens, maar dat de Azerbeidzjaanse naam van de zuidelijke provincie Sjoenik van Armenië wordt gehanteerd. In een bui van grote bescheidenheid werd deze verbinding van het vasteland met de Azerbeidzjaanse exclave Nachitsjevan in Washington Trump Route for International Peace and Prosperity (Tripp) gedoopt.
Het is de Amerikaanse president er alleen om te doen bodemrijkdommen uit Azerbeidzjan via Turkije naar het Westen te kunnen transporteren. Trump kon daags na de Washington-deal van 8 augustus jongstleden niet eens de namen uitspreken van de twee landen waar hij ‘vrede’ geforceerd had: hij sprak over ‘Albania and Azer-bian’. Toen Nikol Pasinjan hem er in het Oval Office op wees dat er nog meer dan twintig politieke gevangenen uit Artsach in Bakoe in de gevangenis zitten, beloofde de Amerikaanse president dat hij daar zijn Azerbeidzjaanse collega Ilham Aliyev – ‘a great leader’ want al 22 jaar aan de macht – over zou aanspreken. Daar is niks meer van gehoord.
Coca-Cola
Wat intussen wel gehoord kan worden, is dat Aliyev met de beloning van zijn agressie die hem in het Witte Huis in de schoot werd geworpen, allerminst geneigd is die agressie te beteugelen. In een toespraak voor de tachtigste verjaardag van de Azerbeidzjaanse Academie voor Wetenschappen op 3 november jl. noemde de dictator in Bakoe zijn buurland weer zonder omwegen ‘West-Azerbeidzjan’ en zei dat ‘het Sevan-meer Goycha-meer moet worden, omdat dit de naam is die op een vroeg-twaalfde-eeuwse kaart uit het Tsaristische Rusland prijkt.’ Daarbij kondigde hij aan te ijveren voor de terugkeer van Azeri’s naar ‘hun historische moederland’. Intussen circuleren al kaartjes waar zowel de zuidelijke provincie Sjoenik als het Sevan-meer en zijn de oevers ervan bij Azerbeidzjan werden gevoegd.
Nu is het ongetwijfeld waar dat er in de hele Zuidelijke Kaukasus lange tijd her en der christelijke Armeniërs hebben samengewoond met de verschillende islamitische volkeren die nu Azerbeidzjan uitmaken, maar beweren dat Etsjmiadzin op Azeri-land staat zoals onlangs sjeik Allahshoekoer Pashazade van de moslimraad op de Kaukasus het deed, of dat zelfs het 2800 jaar oude Jerevan een Azeri-stad is, zoals Aliyev te pas en te onpas beweert, is natuurlijk baarlijke onzin. De Armeense boutade dat ‘Coca-Cola ouder is dan Azerbeidzjan’ strookt beter met de werkelijkheid: Azerbeidzjan werd gecreëerd toen het Rijk van de Tsaren begin 20ste eeuw uit elkaar viel.

© Benoit Lannoo
Aliyev
Maar anti-Armeens ressentiment is een pijler van het regime Aliyev. Vader Hejdar Aliyev, een lokaal oud-Sovjet-politicus, greep de macht nadat Azerbeidzjan het onderspit had gedolven tijdens de eerste oorlog met Armenië (1988-94), na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Indien de Armeense politici toen een vredesakkoord hadden gesloten waarbij de Azeri’s niet vernederd werden, was wellicht veel leed op de Zuidelijke Kaukasus vermeden. Sindsdien heeft de familie Aliyev echter een sterk Azerbeidzjan uitgebouwd. Zij deed dit op basis van geld uit de bodemrijkdommen onder de Kaspische Zee, van een meedogenloze repressie van elke oppositie en van heftige anti-Armeense retoriek.
De overmacht van Bakoe is intussen zo groot dat Armenië geen schijn van kans had toen Azerbeidzjan Artsach in het najaar van 2020 aanviel. En zonder de minste internationale steun kon Pasinjan natuurlijk geen vuist maken toen de Laçin-corridor vanaf december 2022 werd geblokkeerd en de Azeri’s de enclave in september 2023 weer aanvielen. Maar met de toegeving machteloos te zijn, win je geen verkiezingen. Daarom kiest Pasinjan ervoor om de hele kwestie-Artsach van tafel te vegen, en plat op de buik te gaan voor deals met de presidenten Trump in Washington, Aliyev in Bakoe en Recep Tayyib Erdoğan in Ankara. In de hoop op economische voorspoed en een tevreden electoraat.
Ararat
Alleen zit de Armeens-apostolische Kerk hem daarbij dwars. De Kerk en politici die bij haar aanleunen, weigeren het verleden te vergeten; zij blijven opkomen voor het recht op terugkeer van de honderdduizend vluchtelingen uit Artsach, en vertrouwen de buurlanden Azerbeidzjan en Turkije voor geen haar. Dat is best te begrijpen, want noch Ankara noch Bakoe hebben ooit een duimbreed toegegeven aan de Armeniërs. In Turkije wordt de Armeense genocide van honderd jaar gelegen nog altijd steevast ontkend. Net zoals Aliyev blijft beweren dat de Artsachi’s twee jaar geleden uit vrije wil uit de enclave weggevlucht zijn.
De manier waarop premier Pasinjan het conflict op de spits drijft, is voor buitenstaanders moeilijk te begrijpen. Waarom in hemelsnaam plots aankondigen dat de berg Ararat – het symbool bij uitstek van de Armeense identiteit, al ligt hij net op Turks grondgebied – verdwijnt van de visa-stempels van wie Armenië binnenkomt? Waarom in hemelsnaam ostentatief de liturgie bijwonen als die wordt voorgegaan door een priester die de katholikos openlijk afvalt en die daarom door Armeens-apostolische hiërarchie geschorst werd? Pasinjan rekent blijkbaar op populariteit omdat hij durft te zeggen dat Karekin II het niet te nauw zou nemen met de celibaatsbelofte. Zijn aanvallen op de Kerk vormen echter een gewaagde gok: een recente opiniepeiling van de Arar Foundation for Civilizational Studies in Jerevan gaf aan dat de Armeniërs slechts twee instellingen voor 70 procent vertrouwen; het leger en de Kerk.

Apathie
‘De geruchten over de hypocrisie en luxueuze levensstijl van vele kerkleiders zijn echter niet nieuw,’ zegt een Armeens student talen mij in Gjoemri. ‘Waarom die nu weer oprakelen, tenzij om de Armeens-apostolische Kerk in diskrediet te brengen?’ En waarom de Kerk nu in diskrediet brengen? Wellicht omdat zij de stabiliserende en verbindende factor is in de Armeense geschiedenis, met alle drama die deze geschiedenis in zich draagt. Bij de Medz Yeghern (‘Grote Misdaad’) van 1915, waarbij anderhalf miljoen Armeniërs door Turkse extremisten over de kling gejaagd werden, voegt zich nu de etnische zuivering van Artsach… en de apathie van Aram met de pet.
Jerevan, waar een derde van de bevolking woont, staat bekend voor zijn blingbling en selfies. De gewone Armeniër leeft er een alledaags leven, ver weg van nationalistische verhalen over oorlog en vernedering, ver weg ook van een evangelische boodschap die er nauwelijks weerklinkt. De eerste minister verleidt nog slechts een van de vijf Armeense kiezers, maar de apathie onder de Armeniërs – zowel in het moederland als in de diaspora – is onnoemlijk groter. En aangezien de oppositie zeer verdeeld is, maakt Pasinjans strategie nog kans op slagen ook: hij verspreidt verdeeldheid en verkramping, en versterkt zo de apathie die mensen thuishoudt als er gekozen moet worden.
Openingsfoto: Heilige liturgie in de moederkerk in Etsjmiadzin met rechts op zijn troon naast de Armeense-apostolische-bisschoppen: katholikos Karekin II. © Benoit Lannoo
Auteur
-
communicatiespecialist en kerkhistoricus, met bijzondere belangstelling voor de christenen in de Hoorn van Afrika en in het Midden-Oosten. Hij schrijft al decennialang voor allerlei media, zoals Cathobel/Dimanche, DeWereldMorgen, Katholiek Nieuwsblad (Nederland), Kerknet/Otheo, Bulletin van Solidarité-Orient/Werk voor het Oosten en Tertio.
Bekijk Berichten







